Binkieblog 8: Spelen met je mens

Speelhengeltje voor kat met een doorgebeten touwtje

Op een keer had ik genoeg van het hengeltje

 

Af en toe moet je met je mensen spelen, anders worden ze verschrikkelijk lui. Mijn mens ligt bijvoorbeeld het liefste op de bank een boek te lezen. Haar idee van lichaamsbeweging is eens per minuut een bladzijde omslaan. Dus heb ik haar vanaf het begin duidelijk gemaakt dat ze af en toe van die bank af moet komen!

Meestal begon ik gewoon midden in de nacht te miauwen. Dan dacht ze dat ik pijn of jeuk had, en hop, dan kwam ze met een speelhengeltje aan rennen. Stond ze weer bovenop de knuffeltrapleer met roze balletjes en een muis aan een touwtje boven mijn kop te zwieren. Stomvervelend, maar dat mocht ik natuurlijk niet laten merken. Ik deed het voor háár, hè!

Ik heb het nog best wel een poosje volgehouden, maar op een keer was ik het zat. Toen heb ik het hengeltje gepakt, en in één keer het touwtje doorgebeten. Zo. Klaar.

Maar ja, toen moest ik iets anders verzinnen om mens in beweging te krijgen. Dus nu hebben we de zachte schuimrubber balletjes. Die vind ik ook wel leuk, hoor. De rest mogen ze houden, behalve als het iets is waar ik eigenlijk niet mee mág spelen, zoals een gouden hanger of zo.

Maar goed: die balletjes. Als er zo’n balletje op de grond ligt, loop ik er meestal gewoon langs. Maar op het allerlaatste moment geef ik het ‘per ongeluk’ en tikje met mijn achterpoot, zodat het ineens voor mijn neus de kamer in rolt. Nou, dan is het springen geblazen! Het is mijn bedoeling dat mens het ziet, en mee gaat spelen. Dus soms doe ik net of ik het balletje doodbijt. Dan leg ik het dooie balletje bij mens neer, zodat zij het op kan rapen en nog eens weg kan stuiteren. ‘Ach, wat lief, Binkie,’ zegt ze dan. ‘Kijk, nu is het balletje weer levend!’

Ja. Alsof ik dat geloof. Ik bedoel: het is een bálletje, potvolbrokjes! Balletjes leven helemaal niet. Zou zij nou echt denken dat… Je weet het niet, hè. Mensen zijn niet zo snugger.

Maar goed, dan maak ik heel grote kangoeroesprongen en dan vang ik het balletje weer, en dan doe ik weer of ik het doodbijt… Ja, het is heel saai, maar mensen vinden het enig. Dus vooruit maar.

Wat ik ook wel eens doe, is bovenop het balletje gaan zitten. Omdat dat schuimrubber zo zacht is, is het dan helemaal plat. Na een poosje doe ik alsof ik helemaal vergeten ben dat ik ergens op zit (duh…) en dan sta ik ineens op, zodat het balletje een hupje maakt. En hop, dan is het weer springen en rennen en dan is mens weer helemaal blij.

Ik mep mijn balletjes altijd onder allerlei kasten. Volgens mens liggen er minstens twintig balletjes in donkere hoekjes. Dus ligt ze af en toe op de grond met een plumeau onder haar boekenkasten te vegen of staat ze achter het fornuis te vissen. Dat houdt de spieren soepel.

Het is wel wat werk, maar als je je mensen een beetje in conditie wilt houden, moet je dat er maar voor over hebben. Het is wel belangrijk dat je goeie speeltjes voor je mens uitkiest. Als ze een speeltje niet leuk vinden, houden ze er gewoon mee op.

En ik? Ik vind het ook best leuk, hoor. Ik moet altijd erg lachen als mijn mens met zo’n stom balletje staat te gooien. Ziet er echt niet uit…

Reacties

reacties